Pensioen na overlijden
Als je overlijdt, wil je dat je partner en kind(eren) financieel goed verzorgd achterblijven. Het partnerpensioen en wezenpensioen van ING CDC Pensioenfonds helpen daarbij.
Meest gestelde vragen
Als ik kom te overlijden, welke acties moeten mijn nabestaanden dan gaan ondernemen?
Woon je in Nederland, dan krijgen we jouw overlijden automatisch door via de Basisregistratie Personen (BRP).
Woon je in het buitenland, dan kunnen jouw nabestaanden jouw overlijden doorgeven via een kopie van de overlijdensakte.
Je nabestaanden kunnen indien gewenst zelf een ander correspondentie adres doorgeven.
Hoe krijgen mijn nabestaanden inzicht in het nabestaandenpensioen?
Ze ontvangen na jouw overlijden informatie over het partnerpensioen en eventuele wezenpensioen.
Tot wanneer wordt pensioen uitbetaald?
Je partner krijgt zijn of haar nabestaandenpensioen levenslang uitbetaald, je kinderen tot en met de maand waarin ze 18 jaar worden. Het recht op wezenpensioen kan verlengd worden, bijvoorbeeld als je kinderen studeren of het ouderlijk huishouden verzorgen. Het wezenpensioen eindigt in elk geval als je kinderen 27 jaar worden.
Onderstaand bieden we je een overzicht van de diverse gebeurtenissen passend bij dit life event, pensioen na overlijden. Klik op de header en deze klapt open en toont je de informatie.
Je overlijdt voor je pensionering bij ING
Als je voor je pensionering overlijdt en je bent in dienst van ING, dan hoeven je nabestaanden niets aan ons door te geven. Dit doet de gemeente namelijk al. Woon je echter in het buitenland wanneer je overlijdt, dan moeten je nabestaanden jouw overlijden wél bij ING CDC Pensioenfonds melden. Zij doen dat door een brief naar ons te sturen.
Nabestaandenpensioen
Als je overlijdt, heeft jouw partner recht op pensioen na overlijden als jij:
- Getrouwd bent.
- Je partnerschap bij de gemeente geregistreerd hebt.
- Samenwoont, je partner bij het pensioenfonds hebt aangemeld en als het pensioenfonds jouw partner heeft geaccepteerd. In het pensioenreglement staan de voorwaarden.
Je partner ontvangt partnerpensioen op basis van het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd plus het pensioen dat je nog had kunnen opbouwen. In het reglement lees je hier meer over.
Je partner kan verder recht hebben op een uitkering vanwege de Algemene Nabestaanden Wet (ANW) van de overheid tot de AOW van je partner ingaat. Bijvoorbeeld als hij of zij zorgt voor kinderen onder de 18 jaar. Of als je partner voor ten minste 45% arbeidsongeschikt is. Kijk op de SVB website om te bepalen of je partner in aanmerking komt voor de Anw-uitkering.
Heeft je partner een hoger inkomen nodig als jij overlijdt? Dan kun je hier zelf een verzekering voor afsluiten. Neem hierover, als je denkt dat dit voor jou relevant is, contact op met een adviseur of ga naar de HR site.
Tijdelijk nabestaandenpensioen
Als je tijdens je dienstverband overlijdt, ontvangt je partner ieder jaar een tijdelijk partnerpensioen. In 2024 is dit bedrag € 19.080,24. Het pensioenfonds keert dit bedrag uit tot de AOW van je partner ingaat. De premies worden volledig betaald door de werkgever.
Wezenpensioen
Mocht je komen te overlijden, dan hebben je kinderen recht op wezenpensioen tot en met de maand waarin je kind 18 wordt. Dat geldt ook voor stiefkinderen en onder voorwaarden voor pleegkinderen.
Onder ‘Kind’ verstaan wij ook stief- of pleegkinderen die je onderhoudt en opvoedt. Een pleegkind moet zijn aangemeld zijn bij ING CDC Pensioenfonds en als zodanig door het pensioenfonds zijn aanvaard. Let hier dus goed op.
Het recht op wezenpensioen kan verlengd worden, bijvoorbeeld als een kind studeert of het ouderlijk huishouden verzorgt. Het recht eindigt in elk geval als je kind 27 jaar wordt.
De Algemene Nabestaandenwet (ANW) is een uitkering van de overheid. Op de website van de Sociale Verzekeringsbank vind je meer informatie.
Je overlijdt tijdens je pensioen
Als je tijdens je pensioen overlijdt en in Nederland woont, dan moeten je nabestaanden dit zelf melden bij de gemeente, die het vervolgens doorgeeft aan ING CDC Pensioenfonds. Woon je echter in het buitenland wanneer je overlijdt, dan moeten je nabestaanden jouw overlijden zelf bij ING CDC Pensioenfonds melden. Zij doen dat door een brief naar ons te sturen.
Nabestaandenpensioen
Kom jij te overlijden, dan heeft je partner onder bepaalde voorwaarden recht op partnerpensioen. In ieder geval moet je, voordat je met pensioen ging of voordat jouw deelnemerschap aan de regeling was beëindigd, als:
- Getrouwd zijn of
- Je partnerschap bij de gemeente hebben geregistreerd of
- Samenwonen en je partner bij ons hebben aangemeld.
Je partner ontvangt pensioen na overlijden op basis van het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd. In het reglement lees je hier meer over.
Ontvangt je partner bij jouw overlijden nog geen AOW, dan kan hij of zij recht hebben op een uitkering vanwege de Algemene nabestaandenwet (ANW) van de overheid. Bijvoorbeeld als hij of zij zorgt voor kinderen onder de 18 jaar. Deze en andere voorwaarden vind je bij de Sociale Verzekeringsbank.
Wezenpensioen
Mocht je komen te overlijden, dan hebben je kinderen recht op wezenpensioen tot en met de maand waarin je kind 18 wordt, of indien je kind studeert uiterlijk 27 wordt. Dat geldt ook voor stiefkinderen en onder voorwaarden voor pleegkinderen.
Onder ‘Kind’ verstaan wij ook stief- of pleegkinderen die je onderhoudt en opvoedt. Een pleegkind moet zijn aangemeld zijn bij ING CDC Pensioenfonds en als zodanig door het pensioenfonds zijn aanvaard. Let hier dus goed op.
Het recht op wezenpensioen kan verlengd worden, bijvoorbeeld als jouw kind studeert of het ouderlijk huishouden verzorgt. Het recht op wezenpensioen eindigt in elk geval als het kind 27 jaar wordt.
Je partner heeft recht op een halfwezenuitkering vanwege de Algemene Nabestaandenwet (ANW) zolang je kinderen nog geen 18 jaar zijn. Voorwaarden:
- Je woont of werkt in Nederland.
- Je partner is jonger dan de AOW gerechtigde leeftijd.
- De kinderen zijn jouw eigen kinderen en je partner verzorgt de kinderen.
De halfwezenuitkering ANW is een uitkering van de overheid. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) betaalt de uitkering uit na jouw overlijden. Op de SVB website vind je meer informatie.
Je overlijdt ná je dienstverband bij ING
Als je na je pensionering in Nederland overlijdt en je bent niet meer in dienst van ING, dan moeten je nabestaanden dit zelf melden bij de gemeente, die het vervolgens doorgeeft aan ING CDC Pensioenfonds. Woon je echter in het buitenland wanneer je overlijdt, dan moeten je nabestaanden jouw overlijden bij ING CDC Pensioenfonds zelf melden. Zij doen dat door een brief naar ons te sturen.
Nabestaandenpensioen
Kom jij te overlijden, dan heeft je partner onder bepaalde voorwaarden recht op partnerpensioen, mits je jouw pensioen bij ING CDC Pensioenfonds hebt laten staan. In ieder geval moet je, voordat je met pensioen ging of voordat jouw deelnemerschap aan de regeling was beëindigd, al:
- Getrouwd zijn of
- Je partnerschap bij de gemeente hebben geregistreerd of
- Samenwonen en je partner bij ons hebben aangemeld.
Je partner ontvangt pensioen na overlijden op basis van het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd. In het reglement lees je hier meer over.
Ontvangt je partner bij jouw overlijden nog geen AOW, dan kan hij of zij recht hebben op een uitkering vanwege de Algemene nabestaandenwet (ANW) van de overheid. Bijvoorbeeld als hij of zij zorgt voor kinderen onder de 18 jaar. Deze en andere voorwaarden vind je bij de Sociale Verzekeringsbank.
Wezenpensioen
Mocht je komen te overlijden, dan hebben je kinderen recht op wezenpensioen tot en met de maand waarin je kind 18 wordt, of indien je kind studeert uiterlijk 27 wordt. Dat geldt ook voor stiefkinderen en onder voorwaarden voor pleegkinderen.
Onder ‘Kind’ verstaan wij ook stief- of pleegkinderen die je onderhoudt en opvoedt. Een pleegkind moet zijn aangemeld zijn bij ING CDC Pensioenfonds en als zodanig door het pensioenfonds zijn aanvaard. Let hier dus goed op.
Het recht op wezenpensioen kan verlengd worden, bijvoorbeeld als een kind studeert of het ouderlijk huishouden verzorgt. Het recht op wezenpensioen eindigt in elk geval als het kind 27 jaar wordt.
Als je jouw pensioen bij ING CDC Pensioenfonds hebt laten staan, bedraagt het wezenpensioen gemiddeld 14% van het ouderdomspensioen dat je bij het fonds hebt opgebouwd.
Je overlijdt vóór je pensionering en ná je dienstverband bij ING
Als je vóór je pensionering in Nederland overlijdt en je bent niet meer in dienst van ING, dan moeten je nabestaanden dit zelf melden bij de gemeente, die het vervolgens doorgeeft aan ING CDC Pensioenfonds. Woon je echter in het buitenland wanneer je overlijdt, dan moeten je nabestaanden jouw overlijden bij ING CDC Pensioenfonds zelf melden. Zij doen dat door een brief naar ons te sturen.
Nabestaandenpensioen
Kom jij te overlijden, dan heeft je partner onder bepaalde voorwaarden recht heeft op partnerpensioen, mits je jouw pensioen bij ING CDC Pensioenfonds hebt laten staan. In ieder geval moest je, voordat je deelnemerschap aan de regeling was beëindigd:
- Getrouwd zijn of
- Je partnerschap bij de gemeente hebben geregistreerd of
- Samenwonen en je partner bij ons hebben aangemeld en hij of zij moest door het pensioenfonds zijn geaccepteerd
Je partner ontvangt pensioen na overlijden op basis van het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd. In het reglement lees je hier meer over.
Je partner kan verder recht hebben op een uitkering vanwege de Algemene Nabestaanden Wet (ANW) van de overheid. Bijvoorbeeld als hij of zij zorgt voor kinderen onder de 18. Deze en andere voorwaarden vind je bij de Sociale Verzekeringsbank.
Bewijs van in leven zijn: Attestae de vita
Als je buiten Nederland woont, moeten wij ieder jaar een bewijs dat je nog leeft ontvangen. Wij horen het namelijk niet automatisch als je overleden bent. In het land waar je woont kunt je het formulier ‘Bewijs van in leven zijn' laten invullen bij:
- De Nederlandse ambassade of consulaat
- Een plaatselijke notaris
- De plaatselijke burgerlijke stand
Wij vragen je dit formulier jaarlijks op tijd naar ons toe te sturen. Anders stopt namelijk de betaling van het ouderdomspensioen.