Een positief gesprek met André Hollenkamp
14-12-2022
Het is mooi dat we volgend jaar volledig gaan opbouwen
“Eigenlijk wordt dit wel een positief gesprek,’ lacht Andre, terwijl hij een slok van zijn koffie neemt. ‘Eind van dit jaar komen we met een relatief vrolijke boodschap. De afgelopen jaren hebben we wat minder kunnen opbouwen, omdat de vaste premie onvoldoende was om de opbouw volledig te financieren. Maar omdat de rente gestegen is, mogen we komend jaar weer maximaal pensioen gaan opbouwen. Dus dat is fijn. Opbouw doe je per jaar. Als je 40 jaar werkt en je zou ieder jaar maximaal mogen opbouwen, bouw je 40 keer 1,778% op. Vroeger had je een vuistregel dat je pensioen uitkwam op 70% van je gemiddelde salaris. En dat is ook de grondgedachte achter die 40 jaar maal bijna 1,8%.”
Maakt het bestuur zich zorgen over de impact van de inflatie en wat kan hieraan gedaan worden?
“Nou ja. Natuurlijk. Je ziet de algemene tendens. Dat alles duurder wordt. We hebben altijd gedaan wat we konden. Maar we hebben met veel factoren te maken zoals de rente-ontwikkeling. Verder volgen we natuurlijk naar de CAO-onderhandelingen, waarin de inflatie een belangrijke rol speelt. De pensioenregeling is maar één van de onderdelen waarover wordt gesproken. De sociale partners, de vakbonden en de ING, verlengen de huidige regeling met een jaar tot eind 2024. En daarna? Door de komst van het pensioenakkoord is er nog veel onduidelijk. De Kamerleden gaan momenteel artikelsgewijs door de wet en dat is een hele klus. We volgen de discussie, maar gaan zelf niet over de regeling. De sociale partners gaan daarover. Wij voeren als derde partij alleen uit. Dat hebben we de afgelopen 9 jaar gedaan en dat blijven we doen. Wij kijken wat het beste is voor de deelnemers. Anders dan bij een verzekeraar hebben wij als fonds geen winstdoelstelling. Alle resultaten komen ten goede van het collectief.”
Is er goed nieuws te melden over het verhogen van de pensioenen over 2022?
“Indexatie mag als de financiële buffers van het fonds groot genoeg zijn. We zijn daar aan wettelijke regels gebonden. Bij een dekkingsgraad vanaf 110% mag dat gedeeltelijk. Wij zitten relatief goed met een beleidsdekkingsgraad per eind september van 117%. Relatief omdat je pas volledig mag verhogen bij een dekkingsgraad vanaf 143%. Eind december nemen we een beslissing. Het ziet er wel gunstig uit, hoewel we dus niet volledig kunnen indexeren. Begin januari communiceren we hier verder over.”
Je bouwt zelf ook pensioen op bij het fonds. Wat houdt jou bezig en wat neem je daarvan mee naar de bestuurstafel?
“Ja, ik ben al in 2002 bij ING komen werken en heb dus een groot deel in het oude fonds zitten en een deel in het nieuwe. Ik interesseer me er echt voor en dat was ook de reden om in 2013 bestuurder te worden. Ik had door mijn werk al veel productkennis en was gericht op risicobeheer. Dat kan ik hier gebruiken.
Natuurlijk kijk ik ook naar mijn eigen pensioen. Ik ben onlangs 58 geworden en heb 2 jaar geleden een ander huis gekocht. En ik denk nog niet aan stoppen, omdat ik m’n werk leuk vind, maar ik weet wel hoe ik ervoor sta. Dat is ook mijn oproep aan anderen. De factor tijd is belangrijk in pensioen. Hoe eerder je dat weet hoe beter. We hebben afgelopen jaar trouwens een klanttevredenheidsonderzoek gedaan, waarin relatief veel collega’s hebben geantwoord. 9 van de 10 mensen weten dat ze zelf verantwoordelijk zijn en 8 van de 10 kent het toekomstige pensioeninkomen. Dat is goed, want pensioenbewustzijn is één van onze doelstellingen. En de helft spaart bij, dus ik denk dat onze boodschap goed geland is. Maar we blijven collega’s oproepen om in beweging te komen.”
Hoe kijk je naar de toekomst nu de bal eerst bij de sociale partners ligt? En zou je meer mee willen praten?
“Nou persoonlijk misschien wel, maar zo zijn nu eenmaal de afspraken. Wij toetsen of de regeling voldoet aan de wet, of die communiceerbaar is, uitvoerbaar is, financierbaar is en of het juridisch klopt. En eigenlijk ben ik wel blij met die mechanismes. De nieuwe regelingen, die voortkomen uit het pensioenakkoord, zullen persoonlijker worden. Aan de andere kant vind ik het wel lastig dat mensen denken dat ze echt een individueel potje hebben. Dat is deels zo, maar ook weer niet. Het is bijvoorbeeld geen potje dat van jou en je familie blijft als je overlijdt. Daar ligt een taak voor goede communicatie.”
Wat zou je nog willen zeggen aan het eind van dit interview?
“Samenvattend kunnen we zeggen dat we dus in januari precies weten hoeveel we kunnen indexeren. En dat het mooi is dat we volgend jaar volledig gaan opbouwen. Als ik kijk naar de toekomst ligt de bal eerst in Den Haag. Dan bij de werkgevers en de vakbonden. Die hebben nu een goede discussie over de pensioenregelingen en de lonen. Voorlopig zullen de sociale partners aan ons vragen de regeling even te verlengen. Dat doen wij graag. En ik hoop dat de nieuwe regeling uiterlijk 1 januari 2027 ingaat en dat wij die als pensioenfonds ook mogen blijven uitvoeren.”
Delen via: